Column #5 Andrada Simo

De blik van de ander

In aanloop naar 4 mei kroop ik na maanden digitale voorbereiding achter mijn laptop vandaan, om zoveel mogelijk repetities te bezoeken van de jongerenprojecten van Theater na de Dam. Daarvoor reed ik met de auto en de trein kriskras door heel Nederland. Van Alkmaar tot Sittard en van Diever tot Middelburg. Het werd een indrukwekkende, leerzame en soms ontroerende reis. Onder leiding van theatermakers namen de jongeren mij mee de geschiedenis in van hun wijk, dorp of stad. Op geheel eigen wijze reflecteerden zij vanuit die geschiedenis op de tijd waarin wij nu leven. Op basis van gesprekken met ooggetuigen van de Tweede Wereldoorlog en historisch onderzoek creëerden zij samen tientallen bijzondere voorstellingen. Ik volgde een groot deel van deze jongerenprojecten van dichtbij, ervoer hoe zij geschiedenis tastbaar maakten en wat het met hen deed. Het is bijzonder om te zien hoe kunst bijdraagt aan het overbruggen van afstand tussen mensen, zelfs door de tijd heen.

Zo werkten jongeren op de eerste bestemming van mijn reis, Kamp Amersfoort, aan een theatrale tour door het kamp. Vol overtuiging vertelden zij het verhaal van het kamp en de nabestaanden en stapten daarbij soms in de voetstappen van de gevangenen. Ze stonden op appél, ze liepen met het publiek over de schietbaan en verstijfden hallucinerend in de ‘rozentuin’. Op deze beladen plek herleefde de geschiedenis en leerden de jongeren om zich vanuit hun belevingswereld te verhouden tot de generatie die de Tweede Wereldoorlog heeft meegemaakt. Deze waardevolle exercitie, het leren om jezelf te kunnen verplaatsen in een ander, gebeurde op alle plekken waar ik kwam. Op het Ereveld in Loenen, in een bos bij Diever, bij de IJsselbrug in Zwolle en in een textielfabriek in Enschede. Steeds weer namen de jongeren mij mee in de geschiedenis van plaatsen waar zij zelf wonen, werken en naar school gaan. Met veel ontroering en waardering voor hun grote inzet keek ik toe. Ik zag hoe ruim 200 jongeren zich met een zekere dapperheid, nieuwsgierigheid en betrokkenheid  vanuit verschillende invalshoeken hebben verdiept in de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog. Hoe zij op hun eigen manier de herdenking op 4 mei van extra betekenis hebben voorzien.

Wat het publiek niet altijd meekrijgt van deze sociaal-artistieke projecten, die soms in korte tijd worden gerealiseerd (tussen de vijf en tien dagen), is de sociale waarde die het in zich draagt. Het is een vorm van ervaringsgericht leren. Leren door te doen, door de ontmoeting aan te gaan met een ander en je te proberen in te leven in diegene. Dit alles in een poging om jongeren denkkaders en gedragsmogelijkheden te laten verkennen en het empathische vermogen te bevorderen.

De meerwaarde laat zich het beste door jongeren zelf vertellen:
“Ik heb in andere mensen hun schoenen kunnen leven”,
“Ik heb geleerd dat ik meer stil moet staan bij mijn vrijheid”,
“Ik heb geleerd hoe erg ik toch verbonden ben met de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog. Ik was me er aanvankelijk niet van bewust dat er zoveel people of colour verzetshelden waren en hoe erg de Caribische eilanden bij de oorlog betrokken waren. Dus heb ik mezelf nog beter leren herkennen in alle verhalen van de oorlog en in de catastrofale gevolgen die hieruit voortvloeiden. Ook heb ik meer zelfvertrouwen gekregen door dit proces omdat ik echt veel voldoening heb gekregen uit het feit dat we met het zelfgeschreven en -gemaakte materiaal een voorstelling hebben kunnen maken die mensen daadwerkelijk raakte en bepaalde gevoelens van herkenning, maar wellicht ook onlust hebben kunnen opwekken
!”,
Ik heb geleerd dat mijn rol in de wereld klein is, maar tegelijkertijd groot en dat ik ook op kleine manieren mijn steentje kan bijdragen aan een betere wereld.”

Binnen deze projecten herleeft onze geschiedenis, het komt dichtbij en door gesprekken met ooggetuigen wordt het persoonlijk. Jongeren leren dat de geschiedenis niet te verdelen is in goed en slecht, maar dat de rollen die mensen tijdens de oorlog aannamen, zoals die van dader, slachtoffer, omstander of collaborateur, elkaar kunnen overlappen. Ze leren over de Surinaamse soldaten die voor de bevrijding van Nederland hebben gevochten, maar weinig erkenning kregen, over vrouwen in verzet, over de Jodensterren die niet in Polen maar in Enschede werd gemaakt, over de Jappenkampen, over het weigeren van het opnemen van vluchtelingen op een onderduikadres op basis van huidskleur, over de deportaties van mensen met beperkingen. Over verhalen die in oude geschiedenissenboeken niet of beperkt voorkomen. Met deze verhalen, deze nieuwe perspectieven, vullen de jongeren ons collectieve geheugen aan. Dit is van wezenlijk belang om gezamenlijk te leren van onze geschiedenis en als maatschappij te groeien. Laten we daarom vaker de handen ineenslaan met het onderwijs, door samenwerkingen aan te gaan en de blik van de toekomstige generaties op de wereld en elkaar te verbreden.

Andrada Maria Şimo
Andrada Maria Şimo is een Roemeense performer, workshopleider en dramaturg. Sinds 2008 woont en werkt ze in Nederland. Na het afronden van de MA International Performance Research werkt zij vooral in het artistiek-maatschappelijke veld. Binnen de culturele sector werkt zij veel met thema’s zoals racisme, discriminatie van gemarginaliseerde groepen en identiteit. Sinds februari 2021 is zij de nieuwe artistieke producent en coördinator van de jongerenprojecten.