Zoektocht naar gedeelde waarheid

Column Jaïr Stranders

Een bewogen jaar hebben we achter de rug. Nou ja, bewogen… laten we zeggen ronduit verschrikkelijk. Een jaar vol maatschappelijke spanningen. Een jaar met een voortslepende oorlog aan de rand van Europa tussen Rusland en Oekraïne. Een jaar met gruwelijke beelden, eerst uit Israël en dan uit Gaza, van duizenden doden en onschuldige mensen die geen kant op kunnen en overgeleverd zijn aan de grillen van geopolitiek en macht. En de publieke opinie roert zich met als gevolg ongekende polarisatie, alsof je moet kiezen tussen Ajax of Feyenoord, of tussen Goed en Kwaad.

Bij dit alles denkt men vaak aan de Tweede Wereldoorlog, immers decennialang ons voornaamste referentiekader. De nagedachtenis aan de Holocaust wordt daarbij al snel ingezet: we zeiden toch met z’n allen ‘dat nooit meer’? En nu zien we het toch weer gebeuren?! Soms wordt de situatie nog veel meer op scherp gezet: laat het westen uit schuldgevoel over de Holocaust toe dat Israël – de Joodse staat – nu zelf anderen aandoet wat hen is aangedaan?

Dit zijn confronterende, complexe en provocerende vragen die niet eenvoudig beantwoord kunnen of zelfs moeten worden, als we de missie van Theater Na de Dam – om de nagedachtenis aan de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust door middel van theater van betekenis te laten zijn voor het heden – serieus nemen. Want al sinds haar oprichting poogt Theater Na de Dam met uiteenlopende voorstellingen het eenduidige narratief over díe tijd op te rekken, ruimte te geven aan onderbelichte en verzwegen verhalen en perspectieven en zo via de band van de geschiedenis te reflecteren op de ingewikkelde tijd waarin wij nu leven.

Het blijft bijvoorbeeld, ondanks de vele onderzoeken die het tegendeel bewijzen, een hardnekkig beeld dat veel Nederlanders zich verzet hebben tegen de bezetting en de Jodenvervolging. Of zo weten nog steeds velen niet wat voor onmisbare rol vrouwen in het verzet hadden. Of liever kijken we weg van onze eigen misstanden in de voormalige koloniën rond de bezettingstijd, want ons land was vooral slachtoffer en geen dader. En overal om ons heen en ook in eigen land zien we tegenwoordig populistische en conservatie bewegingen aan de macht die de voor hun onwelgevallige feiten uit de oorlogsperiode zo vervormen en misbruiken dat het in hun straatje past.

In de aanloop naar 4 mei 2024 zagen we hoe de herdenking in plaats van waardevolle meerstemmigheid juist ontwrichtende polarisatie met zich meebracht. Stilstaan bij de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust werd door groepen in onze cultureel diverse samenleving óf als hypocriet weggezet door de voortdurende oorlog tussen Israël en Hamas óf juist toegeëigend door nationalistische bewegingen. Tot de hoognodige gemeenschappelijke reflectie of vertrouwen in de democratische waarden van een open samenleving leidde de herdenking verontrustend weinig; 4 mei werd een splijtzwam.

Daarom moeten we ook eerlijk het beest in de bek durven kijken: iedere vorm van gemeenschappelijkheid, hoe meerstemmig ook, is ver te zoeken. Aangewakkerd door algoritmes op sociale media vol desinformatie en niet gehinderd door enige kennis van zaken drijft men steeds verder uit elkaar, nog meer verhevigd sinds de aanval van Hamas op 7 oktober 2023 en de nog voortdurende en regionaal escalerende oorlog. Een zwart-wit identiteitsdenken heeft de overhand genomen dat geen ruimte laat voor nuance of complexiteit en resulteert in complottheorieën en het credo ‘wie niet voor ons is, is tegen ons’. Ook al zijn de jaren ’30 van de vorige eeuw niet zomaar met onze tijd te vergelijken, toch zie je alarmerende overeenkomsten met hoe toen een samenleving door middel van propaganda en massamedia zich sluipenderwijs liet misleiden. 

Het zijn deze zorgelijke tendensen die Theater Na de Dam wil adresseren. Dat doen we niet door – favoriet bij rechtse partijen – 4 mei te instrumentaliseren als dag van nationale eenheid met alle kwalijk polariserende gevolgen van dien. Wij brengen juist radicaal inclusief verschillende mensen, meningen en verhalen samen, ook al brengt dat soms ongemak en confrontatie teweeg. Tegelijkertijd blijven we radicaal exclusief ten aanzien van wat de basis is van wat we herdenken, namelijk de periode van de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust. Zo zijn we naast een theatermanifestatie in feite ook een kenniscentrum en historisch verhalenarchief. Via theater in de breedste zin des woords stellen we kritische vragen aan de huidige samenleving. Via historische inzichten worden we aangespoord tot medemenselijkheid, zelfwaakzaamheid en gevoeligheid voor complexiteit en meerstemmigheid. 

Dit alles schreef ik twee weken geleden zittend in een boekwinkel-café in Tel Aviv waar ik was voor het joodse huwelijk van mijn Nederlands-Israëlische nichtje met haar Israëlische geliefde van Marokkaanse afkomst. Ik kwam in gesprek met David Barbi, een 70-jarige dichter en zoon van Tunesisch Joodse migranten die in Israël arriveerden vlak voor de oprichting van de staat. David woont al zijn hele leven naast de Palestijnse stad Tulkarem. Weggaan kan hij niet, want je verlaat geen bomen die je 50 jaar geleden hebt geplant en die je in die halve eeuw hebt zien uitgroeien. Even later schoof Ronny Someck aan; ook een dichter, iets ouder, geboren in Irak en met zijn Joodse ouders gevlucht naar Israël. Judith Herzberg had hij wel eens ontmoet. En de avond erna stond ik tussen tienduizenden emotioneel verscheurde demonstranten die elke zaterdagavond in Tel Aviv samenkomen tegen de extreem-rechte regering en voor een staakt het vuren om de gijzelaars vrij te krijgen. Luisterend naar toespraken van ouders van de gegijzelden, keek men ook even omhoog toen er een legerhelikopter overvloog op weg naar het ziekenhuis; waarschijnlijk met een gewonde soldaat uit Gaza. Toen aan het eind het volkslied werd gezongen, bleven er opvallend veel stil. Een religieus-nationalistisch land is voor hen een einde aan de hoop.

Hoop op een vreedzame toekomst is er bij de vele vredesinitiatieven tussen Joodse Israëli’s en Palestijnen, zoals bij Alon-Lee en Rula van Standing Together die eind september Nederland bezochten en die zich onvermoeibaar inzetten voor radicale menselijkheid en een vreedzame oplossing. Of bij de podcasts van Amira en Ibrahim, twee Palestijnse Israëli’s die – ondanks de pijn en woede die zij voelen over de decennialange bezetting – zonder verontschuldigingen pleiten voor de complexiteit van het radicale midden en kritiek uiten op de schadelijke simplificaties in de activistische bewegingen buiten Israël. Amira haalde in een van de laatste afleveringen het bekende citaat van Heinrich Heine aan, dat na de boekverbrandingen in Duitsland en Oostenrijk in de jaren ’30 zo voorspellend bleek te zijn: “Daar waar men boeken verbrandt, verbrandt men uiteindelijk ook mensen.” Kennis, kritisch denken en de zoektocht naar gedeelde waarheid in tijden van desinformatie blijven onverminderd van belang; laten we onze energie vooral daar op richten.

Jaïr Stranders, 1 oktober 2024